Antibioticagebruik in de melkveehouderij staat wereldwijd onder toenemende druk, waaronder ook in Europa. Er wordt steeds meer aandacht besteed aan alternatieve bedrijfsvoering en voedingsstrategieën ter ondersteuning van diergezondheid en productie. Hier maakt OmniGen AF een deel van uit.
Origineel artikel gepubliceerd in Allevatori Top n.9 Nov20 page 130-132.
Het immuunstelsel is essentieel om melkvee gezond en productief te houden. Het bestaat uit een netwerk van immuuncellen, waaronder neutrofielen. Neutrofielen zorgen voor de eerstelijns respons op infectie. Ze zorgen voor de eliminatie van invaderende pathogenen om de koe te beschermen voor uierontsteking, baarmoederontsteking en nog veel andere ziektes. Dit immuunsysteem is gevoelig aan onderdrukking en stimulatie. Stress is een van de onderdrukkende factoren. Koeien zullen door stressfactoren cortisol gaan vrijstellen. De eerdergenoemde neutrofielen zijn hier erg gevoelig aan, waardoor ze functieverlies doormaken en de koe zo gevoeliger maken voor infectie (Burton et al., 2005). Afkalven en droogzetten zijn twee voorbeelden van deze stressperiodes, maar stress kan ook op andere, onverwachte momenten optreden, bv overbezetting, rantsoenwijzigingen, extreme weersomstandigeden, etc.
OmniGen AF is ontworpen om een gezond afweersysteem te behouden in melkvee. Meer dan 15 jaar universitair en veld onderzoek heeft aangetoond dat wanneer OmniGen AF aan herkauwers wordt gevoerd, er een duidelijk betere werking is van de neutrofielen in stress situaties (Ortiz-Marty et al., 2017) en dat deze werking op lange termijn beter kan worden volgehouden (Ryman et al., 2013; Nace et al.,2014), wat leidt tot een betere gezondheidsstatus en een verhoogde productie doorheen de hele lactatiecyclus.
Om de waarde van OmniGen AF aan te tonen, werd “The Immunity Challenge” in het leven geroepen. Het doel van het programma is om de voordelen van OmniGen AF aan te tonen op diergezondheid en productie in praktijkomstandigheden. Een samenvatting van deze resultaten van dit project dat liep van 2015 tot 2019 werd voorgesteld op de meeting van de American Dairy Science Association (Garcia-Gonzalez et al, 2020).
244 melkveebedrijven uit België, Frankrijk, Italië, Nederland en het Verenigd Koninkrijk werden over het hele jaar door opgestart. Op elk bedrijf werd data verzameld over een periode van 120 tot 180 dagen voor het inzetten van OmniGen AF, gevolgd door een aansluitende periode van dezelfde duur waar OmniGen AF aan de gehele groep werd gevoerd. De duur van de challenge werd voornamelijk bepaald door de bedrijfsgrootte, waar kleinere bedrijven voor een langere periode werden gemonitord om voldoende data te kunnen verzamelen.
Geregistreerde data waren: aantal mastitis gevallen (beschikbaar op 156 bedrijven, n=156), opgehouden nageboorte (n=150), baarmoederontsteking (n=131), en onvrijwillig afgevoerde koeien (n=68); melkproductie (n=210) en celgetal (n=224). Mastitis- en afvoerincidentie werden uitgedrukt als % van de gehele groep. Opgehouden nageboorte en baarmoederontsteking als % van de verse koeien. Bedrijf per periode was de statistische eenheid, de data werd geanalyseerd met een gepaarde T-test, en significantie werd bekomen bij een P-waarde <0,05.
Het gemiddelde bedrijf omvatte 165 koeien en de gemiddelde duur van het programma bedroeg 146 dagen. Tijdens deze periode nam de incidentie voor zowel mastitis, als opgebleven nageboorte en baarmoederontsteking af in vergelijking met de voorgaande periode (P=0.001): 28% minder mastitisgevallen (13.0% vs 18.0%), 34% minder opgehouden nageboortes (9.5% vs 14.5%) en 34% minder baarmoederontsteking (12.1% vs 18.0%). Het aantal onvrijwillig afgevoerde koeien, daalde eveneens met 22% (Figuur 1).
Resultaten over melkkwaliteit en productie worden weergegeven in figuur 2: tank celgetal daalde (P=0.001) met gemiddeld 48.000 cellen/ml (222.000 vs 270.000 cellen/ml) terwijl melkproductie toenam (31.0 vs 30.6 kg/koe/d).
Figuur 1. Gemiddelde ziekte incidentie voor (grijs) en tijdens het voeren van OmniGen AF (groen) op 244 Europese melkveebedrijven. * P = 0.001.
Figuur 2. Gemiddeld tank celgetal en melkproductie voor (grijs) en tijdens het voeren van OmniGen AF (groen) op 244 Europese melkveebedrijven. * P = 0.001.
Ter conclusie kan er worden gesteld dat er duidelijke verbeteringen zijn vastgesteld op diergezondheid en productie op een groot aantal Europese bedrijven door het voeren van OmniGen AF. Deze resultaten suggeren dat OmniGen AF, als onderdeel van een correct rantsoen en adequaat management systeem, kan helpen om diergezondheid en productie te ondersteunen.
Bent u ook geïnteresseerd in welke impact de “Immunity Challenge” kan hebben op uw bedrijf? Twijfel niet om een Dairy Technical Specialist te contacteren.
Burton, J.L., et al. 2005. Vet. Immunol. Immunop. 105: 197-219
Garcia-Gonzalez, R. et al. 2020. J. Dairy Sci. 103 (Suppl. 1): 287 (abstract)
Nace, E.L., et al. 2014. Vet. Immunol. Immunop. 161: 240-50
Ortiz-Marty, R.J., et al. 2017. J. Dairy Sci. 100: 6422-8
Ryman, V.E., et al. 2013. Res. Vet. Sci. 95: 969-74
Weber, P.S., et al. 2004. J. Leuk. Biol. 75: 815-27
Schrijf je in voor onze blog updates en ontvang de laatste blog artikelen direct in je inbox.